Michael Franti was gisteren in Paradiso. Hij wist met zijn band Spearhead een uitverkochte zaal een huiskamergevoel te geven en stuiterde als een skippybal over het podium. Best knap. Eerder die dag had Franti een liedje gespeeld voor de Occupybeweging op het Amsterdamse Beursplein. Het pleit voor hem.
Het is nogal trendy om kleinerend te doen over Occupy. De Theodor Holmans en GeenStijls van deze wereld doen nogal laatdunkend over de bezetters van het Beursplein en daartoe hebben ze aanknopingspunten genoeg. Er lopen een aantal weirdo’s rond het financiële hart van de hoofdstad, het geformuleerde eisenpakket is nogal abstract en de organisatie soms ronduit rommelig. Maar op een of andere manier slaat de boodschap dat het een rotzooitje is op deze materialistische wereld wel aan. Dringt het wel tot steeds meer mensen door dat de hebzucht regeert. En heeft een toenemend aantal organisaties door dat de aardbol kapot gaat als gevolg van egoïsme en kortzichtigheid. Het wordt dan ook steeds drukker bij de Occupy-beweging en in steeds meer Nederlandse steden verrijzen tentenkampjes. Dat lijkt me een goed teken.
Occupy Zaanstad, zou ik zeggen. Op de Gedempte Gracht is een lange strook zand beschikbaar om de tentharingen in te zetten.
Michael Franti bij Occupy Wallstreet