Ambtelijke molens kunnen traag draaien en die van de Raad van State ook. De periode dat betrokkenen bezwaar konden aantekenen tegen het bestemmingsplan Achtersluispolder ligt al bijna vier maanden achter u en mij, maar de hoorzittingen over de ingediende beroepschriften moeten nog beginnen. Dat is jammer. Vooral omdat ik bang ben dat de bajesboten voor ‘illegalen’ de Zaandamse Isaac Baarthaven (onderdeel van de Achtersluispolder) al hebben verlaten tegen de tijd dat de Raad van State er wellicht een oordeel over uitspreekt.
Het ‘wellicht’ zit ‘m in de vraag of ik door Piet-Hein Donner en zijn mede-Stateleden wordt erkend als belanghebbende. Ik heb vorig jaar een lange lijst met bestuursrechtelijke struikelpartijen naar de Raad van State gestuurd, maar die wordt alleen inhoudelijk beoordeeld wanneer men daar van mening is dat ik een belang heb bij het aantekenen van bezwaar.
Enfin, ik ben nog steeds in de race. Vorige maand kreeg ik bericht dat er één bezwaarmaker was afgevallen, scheepswerf Vooruit. Afgelopen week ontving ik een brief met bijlagen waarin de overblijvers worden vermeld. U begrijpt, het is een echte ratrace. Met als volhouders Haak Beheer BV, een conglomeraat aan BV’s en de combi Arbeid Beheer BV en PDA Group. En mijn persoontje dus. Maar waar het mij gaat om het besluit van Zaanstad en de Dienst Justitiële Inrichtingen om die drijvende gevangenissen langer te laten liggen dan was beloofd, hebben de overige bezwaarmakers heel andere argumenten om het huidige bestemmingsplan van tafel te krijgen. Zoals daar zijn de mogelijkheid om in de toekomst huizen te bouwen in de Achtersluispolder en het ’terugschalen van de milieucategorie’.
Ik heb voorlopig drie heel andere wensen. Dat ik door mag naar de volgende ronde. Dat er een eindoordeel komt voordat aanstaand najaar de bajesboten worden ontruimd. En dat Piet-Hein Donner tijdens de allesbeslissende RvS-vergadering even de kamer verlaat, als voormalig verantwoordelijk minister van de Dienst Justitiële Instellingen.