De Westzaanse speler Clint, die ondermeer een gebroken kaak opliep toen hij tussenbeide kwam bij een ruzie rondom een wedstrijd tussen Westzaan en Assendelft, was geen Marokkaan. Zijn belagers voor zover bekend ook niet. Van welke komaf de Zaandamse RCZ-voetbalster was die enkele weken geleden racistisch werd bejegend en vervolgens door een toeschouwer het ziekenhuis ingeslagen, is me niet bekend, maar de dader schijnt ook al geen Marokkaan te zijn. (Ik schreef er twee weken geleden over, maar dit incident haalde niet eens de Zaanse kranten). Bij mijn weten heeft de PVV nog geen Kamervragen gesteld over beide voorvallen.
Het met trillende vingers wijzen naar ‘de’ Marokkanen irriteert. Ja, er zijn relatief veel problemen bij met name jongens van Marokkaanse komaf. Veel minder bij hun zussen en ouders. Die overigens eveneens te maken hebben met uitsluiting en stigmatisering. En nee, dat laatste is geen excuus om wild om je heen te mogen slaan en/of te trappen. De daders dienen stevig gestraft te worden, zoveel moge ook duidelijk zijn. Ongeacht hun herkomst. Ongeacht de wedstrijd waarbij mensen zich misdragen. Maar probeer de problemen wel in hun -soms behoorlijk ingewikkelde- samenhang te zien. Veeg niet iedereen op één hoop. En bestrijd ook het bruine, populistische gebral van Geert Wilders en zijn makkers.
Gisteren stond er een mooi stuk in Het Parool over Brahim Fattah. Deze Zaanse Marokkaan haalde de krant omdat hij Marokkaanse buurtvaders tijdens een excursie naar het Binnenhof de werking van het Nederlandse staatsbestel uitlegde. Het is maar één van de vele dingen die Brahim sinds jaar en dag doet ten bate van de samenleving. Onvermoeibaar probeert hij bruggen te slaan tussen allochtoon en autochtoon, homo en hetero, jood en moslim. En dan vergeet ik nog enkele tientallen doelgroepen waarvoor hij zich zowel beroepsmatig als in zijn vrije tijd inzet. Al vele, vele jaren.
Gek toch dat iemand als de bescheiden Brahim zelden wordt genoemd als dat ándere voorbeeld van een Marokkaanse Nederlander.
Brahim Fattah