Het is weer tijd voor de jaarlijkse ronde subsidieaanvragen en -verantwoorden. Het is weer tijd om gillend gek te worden van de doorgeslagen bureaucratie.
Voor onze organisatie moet ik elk jaar subsidie aanvragen in negen verschillende gemeenten. Die alle negen hun eigen subsidiesystematiek hebben. Soms met, soms zonder aanvraag- en verantwoordingsformulieren. Met verschillende deadlines. Met wisselende eisen. En tegenstrijdige regels. En allemaal hebben ze de behoefte om eens in de paar jaar alles helemaal anders te doen. Leuker kunnen ze het niet maken en makkelijker ook niet (al zeggen ze van wel).
Zo is er de gemeente X, die het wiel wil uitvinden. Twee jaar geleden moesten organisaties een aanvraagformulier invullen, afgelopen jaar niet, dit jaar weer wel. Kan gebeuren. Hoewel er een jarenlange relatie is met deze gemeente willen de ambtenaren nu opeens een oprichtingsakte, statuten een een bewijs van de Kamer van Koophandel. Ook nieuw: ze willen een kopie van de bankrekening. Plus natuurlijk een financieel en een secretarieel jaarverslag, een begroting , een werkplan en een begeleidende brief.
Verneukeratief zinnetje in de nieuwe regelgeving: “Als het eigen vermogen hoger is dan driemaal het bedrag waarvoor subsidie wordt aangevraagd, wordt de aanvraag afgewezen.”Toch maar even gebeld. Vraag: “Wij werken voor negen gemeenten, dus dan is het eigen vermogen al snel hoger dan de paar duizend euro die we volgens uw gemeente mogen hebben. Hoe gaat u daar mee om?” Antwoord: “Goede vraag. Dat weet ik niet.” Andere vraag dan maar: “In uw brief staat dat het voor ons van toepassing zijnde bedrag geel gemarkeerd is. Ik kom de kleur geel echter nergens tegen.” Reactie: “Dat zijn we vergeten.” Vraag: “Waar zijn de ‘nadere regels’ die volgens u zijn bijgevoegd?” Antwoord: “Zitten die er niet bij? Dan zijn ze waarschijnlijk voor u niet van toepassing.” Vraag: “We hebben al jaren een samenwerkingsrelatie. Wilt u evengoed nog onze statuten en oprichtingsakte?” Antwoord: “Ja, want dat hebben we in het verleden niet goed bijgehouden.” Enzovoort, enzovoort.
En dat is nog maar één gemeente. Vriendelijk verzoek 1: wilt u niet doen alsof wij er met de kas vandoor dreigen te gaan. Verzoek 2: kunt u samen met uw buurgemeenten niet eens afstemmen of er één subsidiemethode ontwikkeld kan worden? Dat zou tevens een prima bezuinigingsmaatregel zijn.