Iedereen die een link legt tussen de PVV en de (aanloop naar) de Tweede Wereldoorlog deugt niet. Volgens de PVV. Het vreemde is alleen dat de PVV zelf niet anders doet dan refereren aan de oorlog. Partij-ideoloog Martin Bosma beleeft er het grootste genoegen aan, zoals onder meer blijkt uit zijn boek De schijn-élite van de valse munters. In het hoofdstuk ‘Adolf Hitler, socialist’ doet hij bijvoorbeeld zijn uiterste best om aan te tonen dat de nazi’s eigenlijk links waren (waarbij hij alleen niet weet te verklaren waarom Hitler zo graag linkse mensen vermoordde). Citaatje uit Bosma’s publicatie: “Extreem-rechts is een bedenksel, een links bedenksel, bedoeld om links bij voorbaat aan een morele superioriteit te helpen. ‘Extreem rechts’ blijkt in de praktijk puur socialisme.” Waarna hij nog enkele hoofdstukken doorgaat over ‘de nieuwe nazi’s’, zijnde iedereen die ooit PvdA of progressiever heeft gestemd.
Dat de PVV net als de NSB gebruikmaakt van een meeuw in haar partijlogo is ongetwijfeld toeval. Dat de PVV de door Musserts club geconfisceerde Prinsenvlag hanteerde was vast een uitglijdertje. Maar een probleem blijft dat er nog zoveel andere overeenkomsten zijn tussen de Partij voor de Vrijheid en de Nationaal-Socialistische Beweging.
Wanneer PVV-Kamerlid Yoram van Klaveren het, gesteund door Wilders, heeft over een Marokkanenprobleem en daarover een Kamerdebat aanvraagt, weet hij dat dit associaties oproept. Inderdaad, met de oorlog. Met wat toen een ‘Jodenprobleem’ heette. Lees onderstaand bericht van het gelijkgeschakelde ANP uit maart 1941 en zie de parallellen. Dat Geert Wilders nu bezig is met een zelfbenoemde ‘verzetstoernee’ maakt het er niet beter op.
Best lastig, zo’n PVV-probleem.
