Het Parool besteedde afgelopen week een artikel aan het hoofdstedelijke landjepikken. Zo ongeveer alles wat in de Amsterdamse toeristenkraam van pas komt en binnen twintig kilometer van de stadsgrenzen ligt wordt geconfisqueerd. Buitenlandse toeristen wordt wijsgemaakt dat het Muiderslot, het strand van Zandvoort en de Bollenstreek behoren tot het werkgebied van Eberhard van der Laan. Schiphol, de bouwgrond van Almere, de pittoreske boederijtjes van Broek in Waterland; allemaal zogenaamd Amsterdams. En dat geldt dus ook voor de Zaanse Schans. Volgens de Amsterdamse brochures dan.
Amsterdam pikt sluipenderwijs de Zaanstreek in. En dat pikken we niet. Deze week 439 jaar geleden konden we met gemak de Spanjaarden aan. Dan moet het nu tochook lukken om die verwende grachtengordeldieren in de pan te hakken. Daarom geldt vanaf heden: Amsterdam is eigenlijk Zaans. Om te beginnen de paar molens die er resteren in de hoofdstad. Zonder het immense Zaanse molenpark waren die daar natuurlijk nooit gekomen. De Nieuwendammerdijk met zijn Zaans-groen houten huizen spreekt ook voor zich. In Amsterdam-West is een hele wijk getooid met Zaanse straatnamen. Die behoren uiteraard ons toe. Eberhard de Eerste bestuurt nu nog Tuindorp-Oostzaan. Let op de laatste lettergreep. Teruggeven!
Enfin, zo kan ik nog wel even doorgaan, maar de boodschap is duidelijk. Wat jullie kunnen, kunnen wij ook. Amsterdam? Da’s het nieuwe Zaandam-Zuid.
Nieuwendammerdijk = van ons