Zaanstad krijgt een nieuwe verordening. Verordening geldelijke voorzieningen voor raadsleden, steunfractieleden, commissieleden en fracties in de gemeente Zaanstad 2014 heet de verordening. Klinkt saai, maar de inhoud kan interessante gevolgen hebben. De vorige verordening over hetzelfde onderwerp gaf namelijk nogal wat commotie. Althans, het misbruik ervan.
Driekwart jaar geleden schreef ik het eerste stuk in een reeks waarin te zien was hoe sommige Zaanse raadsfracties misbruik maakten van het gemeenschapsgeld dat hen elk jaar in de schoot wordt geworpen. Het ging om vele duizenden euro’s. Per jaar. Er werd niet of nauwelijks controle uitgeoefend op de bestedingen en gesjoemel was dan ook het resultaat.
De openbaarmaking leidde tot enige zelfreflectie. (Althans, bij sommige partijen. Met name enkele lokalo’s bleken last te hebben van blinde vlekken.) En nu dus tot een nieuwe verordening. Waarbij zowaar een vorm van controle is ingebouwd en gepoogd is om beter te omschrijven waaraan de politieke fracties de vele duizendjes mogen besteden die ze elk jaar ontvangen. Het is een stap voorwaarts. Maar wel een kleine stap.
Zo ‘kan worden besloten tot terugvordering van de fractievergoeding’ indien er sprake blijkt van ‘onrechtmatigheden’. Een van de dingen die ik in de politiek heb geleerd is dat vervoegingen van het werkwoord ‘kunnen’ zoveel mogelijk moeten worden vermeden. Bovenstaand citaat impliceert namelijk dat er ook níet teruggevorderd kan worden. Het lijkt me beter dat bij onrechtmatigheden de fractievergoeding teruggevorderd zál worden. Om te beginnen.
Ander puntje van kritiek. De controle van de ingediende verantwoordingen gaat worden uitgevoerd door twee raads- of steunfractieleden. U kent het spreekwoord over de slager en het eigen vlees? Mijn voorkeur gaat daarom uit naar onafhankelijk toezicht, al was het maar om de controlerende raadsleden die fraude menen te zien te beschermen tegen de hoon van hun betrapte collega’s.
Nog meer te wensen? Zeker. Waarom mag volgens de nieuwe verordening uw belastinggeld worden besteed aan ‘kleine geschenken’? En wat wordt daar mee bedoeld? Alleen halve-literflessen whisky en geen hele liters? Is klein in dit verband maximaal een tientje? Twintig euro? Of honderd? In totaal? Of per keer? Volgens mij is het in alle opzichten logischer wanneer partijen hun geschenken zelf betalen, want dit is vragen om nieuwe problemen. Ook met de toegestane post ‘representatiekosten’ kun je alle kanten uit, van een stropdas tot een nieuwe auto voor de fractievoorzitter. ‘Bureaukosten, zoals kantoor- en vergaderbenodigdheden’ idem. Een laptop voor de fractie-assistent is via deze weg snel verdiend, om maar eens wat te noemen.
Enfin, zo kan ik nog wel even doormopperen over regels die voor de buitenwereld wel, maar voor de politieke wereld niet gelden. Over de dubbele moraal in het Zaanse kippenhok. Maar de eindconclusie is dat er met deze verordening -volgende week op de raadsagenda- weinig verandert aan de partijmogelijkheden om er met gemeenschapsgeld vandoor te gaan. Ik stel daarom voor om het huiswerk over te doen.