Op 12 oktober 2015 ging de Hannie Schaft-musical in première, de dagen erna verschenen de matige kritieken.
Er ging wel meer mis.
Hoofdrolspeler Jim Bakkum liet in het Noordhollands Dagblad en elders noteren dat de Haarlemse verzetsstrijdster een ‘fling’ had met mede-illegaal Jan Bonekamp, ‘maar ze besloten te wachten tot na de bevrijding. Toen was het te laat, want ze werden beiden gefusilleerd’. Bonekamp werd alleen niet gefusilleerd en die verhouding bloeide al in 1944.
Het wemelt van de mythes rond het meisje met het rode haar. Een pluk van dat kapsel zou bijvoorbeeld boven haar haastig gedolven graf hebben uitgestoken. In de archieven is daarover echter niets te vinden. Zelfs het Verzetsmuseum en de Hannie Schaft Stichting houden vast aan het verzinsel dat Hannies laatste zin ‘Ik schiet beter’ luidde, een reactie op de eerste poging om haar te doden. (Musical-auteur Allard Blom, ook in het NHD: “Dat zei ze toen echt.”) Maar wie de primaire getuigenissen leest, ziet dat haar finale woord ‘au’ was.
Er leven veel fabels over dit verzetsicoon, zelfs in de twee aan haar gewijde biografieën. Het wordt tijd voor een nieuw levensverhaal. Hannie Schaft heeft recht op de feiten.
Er worden altijd mythes gemaakt rondom iemand die een held is. Deze mythes door te prikken zijn prima, een held wordt er eerder een menselijk iemand door. Een feit blijft dat ze een geweldig moedige vrouw was, die haar leven heeft gegeven voor de vrijheid van ons allen en dat alleen is uiterst bewonderenswaardig !.
Helemaal mee eens, Margriet.
Nu is het wachten alleen nog op Auschwitz – de musical. Werkelijk, niets is meer veilig voor de zang-en-dansindustrie.
Musicals om geschiedenis te schrijven?
Zoveel later zullen de anekdotes alleen maar mooier worden.
Vriendelijke groet,