Hoe was de naam ook alweer?

Ik ben slecht in namen. Tegen de tegemoet lopende man zei ik enthousiast: “Ha Felix!” Aan zijn schrikreflex merkte ik de verkeerde naam te hebben gebruikt, waarna we allebei deden alsof er niets was gebeurd.

Het kan erger. Tijdens de opening van een kunstexpositie was ik verdiept in een serie etsen toen ik achter mijn rug iemand vrolijk “Erik Schaap!” hoorde zeggen. Me omdraaiend zag ik het voormalige meisje op wie ik ooit verliefd was. “Wilma Schavemaker!”, anticipeerde ik geestdriftig, liep naar haar toe en begon een gesprek. Ze reageerde opvallend koeltjes. Pas dagen later realiseerde ik me dat ze een heel andere achternaam had. Sorry, Wilma.

Twee weken geleden ontmoette ik oud-Provo Roel van Duijn. We hebben meermalen koffie gedronken, ik ben diverse keren bij hem thuis geweest, heb hem geïnterviewd en we wisselen nogal eens schriftelijk informatie uit. Dus zei ik hem vriendelijk gedag. “Wie ben jij ook alweer?”, vroeg Van Duijn. Na beantwoording van die vraag was het hem helder. Twee uur lang. Toen vroeg hij aarzelend: “Jij ben toch Erik?”

Van Duijn heeft verder een dijk van een geheugen, bleek uit het navolgende gesprek. Of was dat toch iemand anders?

Roel

1 gedachte over “Hoe was de naam ook alweer?”

  1. margrietvanengelen

    Ach Erik, eens niet een naam weten, het overkomt iedereen wel eens. Het gaat er om dat je nog weet WAT ze tegen je gezegd hebben en de impact die dit op jou had.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *