Het BVD-dossier van Max Euwe

Bij het Nationaal Archief liggen ruim 71.000 persoonsdossiers van de Binnenlandse Veiligheidsdienst en haar voorgangers BNV en CVD. Waaronder vele over prominente Nederlanders. Op deze site staan de verhalen die hun biografieën niet haalden. Ditmaal het geheime dossier over wereldkampioen schaken Max Euwe.

Opportunist

Op 15 december 1935 beleefde Max Euwe zijn finest hour. De Amsterdammer werd wereldkampioen schaken door na een tweekamp die 2,5 maand duurde de onverslaanbaar geachte Rus Aleksandr Aljechin te kloppen met één punt verschil. De wiskundedocent stond vanaf dat jaar meer dan ooit in de spotlights. Niet alleen van media wereldwijd, maar ook van de Nederlandse geheime dienst: ‘Algemeen zag men hem als opportunist, die zich in verschillende kringen op geheel verschillende wijze uitlaat.’ Tot zijn dood in 1981 zou de BVD een dossier bijhouden over Max Euwe.

De tweekamp tussen Aljechin (links) en Euwe, 1935 (Rijksvoorlichtingdienst/Nationaal Archief).

Machgielis Euwe (Watergraafsmeer, 20-5-1901) was tussen 1921 en 1954 bijna onafgebroken Nederlands schaakkampioen. Ook internationaal draaide hij mee in de top, al zou hij na het verlies van zijn titel in 1937 nooit meer wereldkampioen worden. Dat hij op het hoogste niveau meekon, zegt veel over het unieke talent dat hij bezat. In de woorden van schaakgrootmeester Gert Ligterink: ‘Euwe was een buitenbeentje in het internationale circuit. Hij was de keurige amateur tussen de professionals, die als leraar wiskunde aan een meisjeslyceum alleen schaakte tijdens de schoolvakanties.’

Boerenkoolpsychologie

Door de aard van zijn buitenschoolse broodwinning kwam Max Euwe veelvuldig in contact met schakers uit de Sovjetunie. Dat verklaart mede de aandacht die de inlichtingendienst voor hem had. Euwes BVD-dossier is vrij omvangrijk, zeker voor iemand zonder duidelijk politiek profiel. De dienst ging echter verder dan simpelweg noteren wanneer hij welk communistisch land bezocht voor schaakwedstrijden. De analyses die de mannen in regenjassen maakten, bevatten flink wat boerenkoolpsychologie, aangelengd met hier en daar een sneer. De enige wereldkampioen schaken die Nederland ooit had, lag onder een vergrootglas.

De analyses die de mannen in regenjassen maakten, bevatten flink wat boerenkoolpsychologie, aangelengd met hier en daar een sneer.

Wie door Euwes BVD-dossier bladert, komt daarin foto’s tegen van hemzelf, van zijn echtgenote en van flink wat Russen. Vastgelegd is wanneer de Nederlandse schaakgrootmeester en zijn contacten naar de Sovjetunie reisden en wat hij in Moskou tegen de media vertelde. De inlichtingendienst was als de dood dat de onderdanen van Stalin met hun sport ook hun marxistische ideologie naar Nederland zouden exporteren. ‘Zijn in de Sowjet-Unie opgedane ervaringen hebben Dr. Euwe aanleiding gegeven om zich daarover bij herhaling enkel in gunstige zin uit te laten, waarbij hij zich niet uitsluitend beperkt heeft tot hetgeen hem in de Russische schaakwereld was opgevallen; zo sprak hij op 1 Mei 1948 voor Radio Moskou over de 1-Meiviering en -parade aldaar’, rapporteerde BVD-directeur Louis Einthoven op 18 augustus 1955 in een vertrouwelijke brief aan de minister van Binnenlandse Zaken.

De Waarheid (3-5-1948).

Louis Beel

Aanleiding voor de briefing aan de minister van Binnenlandse Zaken, Louis Beel, was een vraag van de Zuid-Afrikaanse politie, die ‘mij inlichtingen verzocht omtrent de politieke antecedenten van Dr. Max Euwe, zulks in verband met een bezoek dat betrokkene binnenkort aan Zuid-Afrika zal brengen’. Einthoven werkte van harte mee aan het bevredigen van de nieuwsgierigheid van de apartheidsstaat. Daarbij deinsde hij niet terug voor wat moddergooien.

Einthoven begon zijn antwoord met de vermelding dat ‘vanaf de oprichting medio 1947 tot ultimo 1951 zijn naam [van Max Euwe] voorkwam onder de vaste medewerkers van NU, het orgaan van de Vereniging Nederland-USSR. (…) Ultimo 1952 was de Vereniging Nederland-USSR reeds duidelijk een communistische mantelorganisatie. Behalve een tweetal artikelen over schaken verschenen gedurende evengenoemde periode van zijn hand in NU geen publicaties.’

Toernooi in Den Haag om het wereldkampioenschap, 4-3-1948 (Anefo/Nationaal Archief). Ook over Michail Botvinnik – die net als Euwe wereldkampioen schaken werd – legde de Binnenlandse Veiligheidsdienst een dossier aan.

Karaktermoord

Na de mededeling dat Euwe ‘ook is gesignaleerd tijdens een op 29 October 1954 in de Russische Ambassade alhier gehouden receptie ter gelegenheid van de culturele maand van de Sowjet-Unie’ waagde Einthoven zich aan een subtiele vorm van karaktermoord: ‘Volledigheidshalve moge hier nog melding worden gemaakt van een destijds aan deze Dienst gerapporteerde visie op het karakter van Dr. Euwe, waarin betrokkene getypeerd werd als een opportunist, zonder definieerbare politieke overtuiging; een houding welke ook reeds werd opgemerkt in het midden der 30-er jaren ten aanzien van Nazi-Duitsland.’

Einthoven verstrekte de minister geen bronnen voor Euwes opportunisme. Hij baseerde zich echter op een rapport dat de Haagse Inlichtingendienst een maand eerder op verzoek van de BVD had gemaakt. De auteur ervan blikte onder meer terug op het jaar dat Euwe wereldkampioen werd: ‘Tijdens een in 1935 ingesteld onderzoek werden verschillende personen gehoord. Hij werd toen wel als socialist gezien, doch niet uitgesproken links georiënteerd. Algemeen zag men hem als opportunist, die zich in verschillende kringen op geheel verschillende wijze uitlaat.’

Nazi-Duitsland

Het bewijs voor zijn bewering vond de schrijver in de jaren 1940-1945: ‘Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft hij deelgenomen aan een internationale schaakwedstrijd in het protectoraat Bohemen en Moravië.’ Dit deel van Tsjechoslowakije werd in 1939 bezet door nazi-Duitsland. In dit geval was één en één drie, aldus de inlichtingenman: ‘Inderdaad valt dus opportunisme waar te nemen in de gedragingen van Dr. Euwe. Immers, in de dertiger jaren staat hij niet onsympathiek tegenover de toen opkomende sociaal-democratische gedachte. Even later wijst hij het contact met de nazi’s niet af en weer iets later toont hij zich geen vijand van de Sovjet Unie en haar ideologie, aldus een rapport van ID [Inlichtingendienst] Amsterdam van 16.9.1948.’

Louis Einthoven (Wikipedia).

Dat Louis Einthoven het verhaal over Euwes opportunisme en diens vermeende toeschietelijkheid richting het nationaalsocialisme gretig doorspeelde aan de minister van Binnenlandse Zaken is des opvallender voor wie het CV van deze BVD-directeur kent. De voormalige Rotterdamse hoofdcommissaris stond op een Gestapolijst met namen van politiechefs op wie Duitse troepen in 1939 een beroep konden doen. Kort na de bezetting werkte hij mee aan de opsporing en uitlevering van Nederlanders aan de nazi’s. En hij was in 1940 medeoprichter van de Nederlandse Unie, een politieke organisatie die de geur van collaboratie verspreidde en joden buitenboord hield. Einthoven was, met andere woorden een opportunist pur sang.

Louis Einthoven was een opportunist pur sang.

Peter Boevé

De dubbelhartigheid van de BVD blijkt ook uit de notulen van de Stichting Nederland-Albanië, een door de dienst opgerichte organisatie. De dienst wilde zodoende inzicht krijgen in de maoïstische aanhang binnen Nederland. BVD-agent Peter Boevé speelde binnen de Stichting Nederland-Albanië als voorzitter de hoofdrol. Uit een vergaderverslag: ‘P. Boevé was afwezig wegens vakantie. (…) In de eerste plaats is er f 480,- aan donatiegeld binnengekomen, waarbij f 50,- van Prof. Max Euwe.’ Euwe was dus lid en/of donateur van de stichting. Onbewust spekte hij met zijn gift de BVD-kas. (Over Boevés rol is hier meer te lezen.)

Peter Boevé in 2004.

Het in juli 1955 over Max Euwe opgestelde Haagse inlichtingenrapport straalt vooringenomenheid uit. Een citaat: ‘Sedert 1.9.46 is Dr. Euwe professioneel schaker. De Koninklijke Nederlandsche Schaak Bond heeft hem een jaarlijks inkomen gegarandeerd van plm. f 5500,-. Over deze kwestie zijn de meningen in de schakerswereld ten zeerste verdeeld. Een vrij grote groep ziet in Dr. Euwe de nationale schaakheld en interesseert zich verder niet voor organisatorisch min of meer scheve toestanden. De meer nuchter denkenden hebben meermalen getracht aan deze verheerlijking van een bepaald persoon een einde te maken en ook de financiële waarborgkwestie zuiverder te stellen. Door zijn wedstrijden, seances, lezingen, studieboeken en artikelen geniet Dr. Euwe een vrij groot inkomen, waarop waarschijnlijk niemand enige controle kan uitoefenen.’

Berekenend

Zelfs positieve referenties buigt de sectie stiekem om ten nadele van Euwe. In hetr rapport van de Amsterdamse Inlichtingendienst uit 1948 wordt onder andere de rectrice van het Gemeentelijk Lyceum voor Meisjes (zijn oud-werkgever) geciteerd, die beklemtoonde dat haar nooit was gebleken dat Euwe zich voor politiek interesseerde (‘Over Rusland liet hij zich steeds in ongunstige zin uit’). Volgens de Inlichtingendienst stelde ze dat oordeel in een tweede gesprek deels bij: ‘Opvallend was nu haar verklaring, dat zij in Dr. Euwe altijd een socialist had gezien. (…) Hij zag echter nog steeds niets in de Sovjet-Unie.’

De rectrice was uiterst positief over de wiskundedocent: ‘Zij schilderde Euwe als een zeer goed mens met een groot aanpassingsvermogen.’ De conclusie van de Inlichtingendienst Amsterdam: ‘Ook hier weer: berekenend of wel het zuiverste opportunisme! Wel schrijven in een bepaald blad [NU], maar daarbij toch uiterst voorzichtig de pen hanterend, met duidelijke vriendelijkheden naar méér dan één zijde.’

Max Euwe in 1945 (Anefo-Nationaal Archief).

Bewondering

De BVD-angst voor de communistische ideologie was zo groot dat de medewerker van de hoofdstedelijke Inlichtingendienst in zijn analyse van Euwe pleitte voor het doorlichten van Nederlandse schaakverenigingen. Immers: ‘Vaststaat, dat deze sport altijd brengt een bepaalde graad van bewondering voor de Russen en dat de Sowjet-Unie haar nationale schaakleven propagandistisch hanteert. In dit verband kan er t.z.t. mogelijk eens een onderzoek worden ingesteld naar de samenstelling van bepaalde schaakclubs hier te lande.’ Dat voorstel ging zelfs een collega van de scribent te ver. In de kantlijn van het stuk krabbelde hij – wellicht zelf schaakliefhebber – met pen: ‘Dit lijkt mij toch wel zuiver incidenteel in in Nederland. Het schaakspel lijkt mij afkomstig te zijn uit de Sovjets.’

‘Vaststaat, dat deze sport altijd brengt een bepaalde graad van bewondering voor de Russen en dat de Sowjet-Unie haar nationale schaakleven propagandistisch hanteert.’

De rapporteur is niet overtuigd. Hij ziet zelfs een complot: ‘Vermeldenswaard is tenslotte nog, dat er reeds een streven waarneembaar is de traditionele schaakfiguren te vervangen door modellen, symboliserende de klassestrijd. Op een onlangs te Amsterdam gehouden tentoonstelling was een schaakspel te zien, waarbij de zwarte figuren lieden weergaven uit de zogenaamde kapitalistische klasse, b.v. een dikbuikige plutocraat als de “koning”, Tsaristische officieren als raadsheren, ezels als paarden, flessen wodka als pionnen, enz., terwijl de witte koning een gespierde arbeidersfiguur was, de dame een landarbeidster, de pionnen de vorm hadden van aambeelden, enz. Een misschien ietwat naief, maar toch tekenend symbool van het propageren van de klassestrijd bij de beoefening van een spel!’

De anonieme inlichtingenambtenaar zond zijn bevindingen naar het hoofd van de Centrale Veiligheidsdienst in Den Haag, de voorloper van de BVD. Of Louis Einthoven vervolgens opdracht gaf om de Nederlandse schaakclubs en winkels langs te gaan in een poging de communistische schaakpropaganda te beteugelen die de Nederlandse democratie bedreigde, vermeldt de geschiedenis niet.


Waardeer dit artikel

De content op deze website is in en uit principe gratis, maar het maken ervan kost wel geld. Vond je het de moeite waard? Laat het blijken met een kleine bijdrage en help bij het mogelijk maken van onafhankelijke artikelen.

ValutaBedrag





Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *